Tijd voor een complementaire munt in Leuven

15 Oktober 2014

. Groen is voorstander van de invoering van een complementaire munt in onze stad. Via zo'n munt kunnen bv. burgers die zich vrijwillig inzetten voor hun buurt een beloning krijgen in de vorm van een munt die te gebruiken is in de lokale economie

Wereldwijd zijn complementaire munten in opmars. Zo hebben al heel wat steden een eigen munt. Die bestaat naast (niet in de plaats van) het normale geldsysteem, zoals bij ons de euro. Heel wat reële sociale en ecologische behoeften worden vaak onvoldoende opgevangen door het reguliere geldsysteem, zeker in tijden van crisis. Zo is er in Japan een complementaire munt die zorg voor ouderen organiseert.

Louis Debruyne (OCMW-raadslid): "In ons land zijn er al voorbeelden van complementaire munten. Zo is er het systeem van de Torekes in een Gentse wijk. Wie zich inzet voor haar of zijn buurt, door bv. groenaanplantingen, kan daarvoor Torekes krijgen. Die kunnen onder meer besteed worden bij lokale winkels. In Turnhout zijn er de Troeven, die je kunt verdienen door vrijwilligerswerk. Dit zijn zeer interessante projecten die de sociale samenhang en veerkracht en ook de lokale economie kunnen versterken. Het gaat hier ? en dat is ook wat wij erg belangrijk vinden ? om positieve ondersteunende acties van vrijwillige initiatieven, en zeker niet om een of andere vorm van opgelegde 'gemeenschapsdienst'."

Heidi Vanheusden (OCMW-raadslid): "Wij zijn ervan overtuigd dat een eigen Leuvense munt heel wat voordelen kan hebben voor de versterking van het maatschappelijk weefsel in tijden van economische crisis. Het is een benadering die mensen in hun waarde laat en in hun kracht zet. Welk soort complementaire munt je maakt, en waarvoor je die gebruikt, dat verschilt van stad tot stad. Daarom stellen we voor dat het OCMW en de stad een werkgroep opstarten, samen met het middenveld, om de invoering van een complementaire munt te onderzoeken en voor te bereiden. De Vlaamse overheid heeft een praktisch handboek uitgewerkt dat daarbij heel nuttig kan zijn. "

Louis Debruyne en Heidi Vanheusden, OCMW-raadsleden

Achtergrond: