Groen vraagt dat Resiterra de procedure tegen het Leuvens Historisch Genootschap stopzet

24 Mei 2020

Groen vraagt dat Resiterra de procedure tegen het Leuvens Historisch Genootschap stopzet

NV Resiterra, de projectontwikkelaar die instaat voor de ontwikkeling van de Hertogensite, heeft het Leuvens Historisch Genootschap (LHG) en haar voorzitter Ramon Kenis gedagvaard en eist van de vereniging een schadevergoeding ten belope van € 70.000 per maand, startend vanaf 19 december 2019. Reden van de dagvaarding: "rechtsmisbruik" en "beledigende en lasterende publicaties". Groen roept op tot dialoog en bemiddeling en vraagt aan Resiterra om deze juridische procedure te staken. De Hertogensite is een nieuwe, grootschalige, private ontwikkeling op de ziekenhuissite gelegen tussen de Brusselsestraat, de Kapucijnenvoer en de Minderbroedersstraat. Er wordt daar een verharde stadskanker weggewerkt, met onder meer de sloop van het Sint Pietersziekenhuis, het enorme betonnen gebouw dat nooit afgewerkt werd. Op de site bevindt zich heel wat erfgoed, dat geïntegreerd wordt in het nieuwe project. Een groot stuk van de site wordt onthard en er komt een park dubbel zo groot als het Ladeuzeplein. Naast de Aa wordt ook de Dijle opengelegd. In het geheel van het project zitten heel wat positieve elementen die een meerwaarde vormen voor dit deel van de stad. De twistappel is echter de Verpleegstersschool, het dominante gebouw in de Kapucijnenvoer. Dat gebouw zal volgens de plannen gesloopt worden. Een aantal verenigingen had daartegen beroep aangetekend bij de provinciale deputatie. Resiterra kreeg in beroep een vergunning van de bestendige deputatie. LHG wil naar de raad voor vergunningsbetwistingen trekken. Dialoog en bemiddeling met respect voor juridische procedures Het is aan burgers en verenigingen om uit te maken of zij het al dan niet eens zijn met een genomen beslissing of de invulling van een specifiek bouwproject. Er bestaat een juridisch kader waardoor groepen kunnen proberen hun punt te maken. Dat kan vervelend of hinderlijk zijn, maar in een democratie moet voor burgers het recht gegarandeerd blijven om bezwaren in te dienen bij de instanties die daarvoor voorzien zijn en volgens de juridische regels die daarvoor gelden. In die context een hoge schadevergoeding eisen van een groep die het niet eens is met een genomen beslissing is voor ons echt een brug te ver. Deze manier van werken creëert mogelijk een gevaarlijk precedent: Wie durft er nog beroep aantekenen tegen een ruimtelijk uitvoeringsplan of een omgevingsvergunning wanneer dat kan leiden tot schadevergoedingen die verenigingen of burgers nooit kunnen ophoesten en dus bankroet maken? Groen vraagt Resiterra om de procedure te staken. Leuven is een stad die de dialoog en samenwerking hoog in het vaandel draagt. De huidige gang van zaken is voor niemand een goede zaak. Het lijkt ons dan ook aangewezen dat alle betrokkenen terug op een spoor van dialoog komen. Groen vraagt dan ook dat er werk gemaakt wordt van een voldoende structurele bemiddeling, in een vorm die door alle betrokken partijen aanvaard wordt. Het intrekken van de dagvaarding zou in dat verband erg nuttig zijn. Het is in ieders belang dat de ontwikkeling van dit stadsdeel in de best mogelijke vorm kan verlopen. Een situatie waarin de betrokken partijen in een muurvast conflict tegenover elkaar blijven staan, moeten we vermijden.